Sunday, March 23, 2008

De scheppingskracht van Gods Woord

Waarin zit de scheppingskracht van God? Een rare vraag misschien? Wellicht ook volstrekt irrelevant. Toch was dat de insteek van een grappige discussie die ik laatst met een vriend had. Tenminste: ik vond hem wel grappig. Het gesprek ontstond door een opmerking van hem, waarin hij zei dat hij vernomen had dat het mogelijk was om door middel van geluidsgolven licht te laten ontstaan in materie. Je laat geluidsgolven los op materie, laten we zeggen een bepaalde vorm van plasma, een gel-achtige substansie en dat levert dan licht op. Voor hem was dat een aanwijzing dat woorden dus scheppingskracht konden hebben. Dat daarmee Genesis 1 zo inderdaad een stuk aannemelijker is.

Ik heb vroeger Technische Natuurkunde op de Technische Hogeschool (voorheen HTS) gestudeerd. Het verschijnsel dat ik hierboven schets ken ik niet. Wel lijkt het op een eigenschap die stoffen als robijn (en dan niet het schattige wasmiddelbeertje) hebben. Wanneer je met holle spiegels licht door robijn heen en weer kaatst dan ketsen de lichtdeeltjes (fotonen) tegen de robijn-atomen. Een specifieke frequentie van die fotonen zorgt ervoor dat bij het absorberen van zo'n foton het atoom er even later 2 uitzendt. Dus robijn absobeert er 1 en zendt er 2 uit. Zo fungeert robijn voor die specifieke frequentie als een licht versterker. Wanneer je nu een fractie van dat licht aan 1 kant doorlaat (1 van die holle spiegels is een heel klein beetje licht doorlatend) en je bundelt dat door een aantal lenzen tot een mooie dunne straal monochromatisch licht dan heb je een laser.

Of dit met geluid ook kan, betwijfel ik enigszins. Daarbij heeft geluid ook materie - een stof - nodig om zich te kunnen verplaatsen. Dat kan een metaal zijn. Zo legden Indianen hun oor op een spoorstaaf om te horen of er een trein aan komt. Dat heb ik uit betrouwbare bronnen: mijn Arendsoog (J. en P. Nowee), Old Shatterhand en Winnetou (Karl May) boeken, dus dat kan haast geen mythe zijn (voer voor de myth-busters). Maar voor het dagelijksgebruik hebben we daarvoor onze atmosfeer, de lucht. En dat brengt me op het volgende. Zoals wijlen Arthur C. Clark (science fiction) al zei: “op de maan kan niemand je horen gillen”. Waarom niet? Omdat er op de maan geen atmosfeer is, geen lucht. Geluid komt daar dus niet ver. Dat zou betekenen dat God op de maan geen scheppingskracht zou hebben. Het zou dan ook uiterst onverstandig zijn om boven op een berg een genezingsdienst te organiseren. Want de lucht is daar ijler, geluid draagt minder ver, is minder intensief. Het is daarom dan wellicht ook aan te bevelen om op de weerberichten te letten. Een genezingsdienst in een hogedruk gebied is misschien krachtiger dan bij een depressie.

Ik kan mij nauwelijks voorstellen dat God beperkt is tot deze natuurkundige verschijnselen. God is immers ook de grondlegger van deze natuurkundige principes. Dus zijn scheppingskracht kan nauwelijks in de natuurkundige verschijningsvormen zitten waarmee zijn woorden worden overgedragen. En waarmee wij genezing trachten af te roepen en/of smeken over onze zieken.

Het moet hem dus meer zitten in de Geestelijke Waarheid van die woorden zitten.

Wie of wat is die Geestelijke Waarheid dan? Ik denk Degene die zegt dat Hij de Waarheid is. Het is namelijk Degene die Johannes in Johannes 1, de Logos noemt. In een eerder artikel heb ik al eens uitgelegd dat Johannes daarmee de Grieken aansprak. Zij kenden de Logos namelijk als een god die alles schiep en die de schepping in zijn hand hield. Iemand anders dan de Oppergod. Johannes gaf aan dat de Grieken niet zover van de Waarheid afwaren. Want die Logos, die god, is in Jezus mens geworden. Je begeeft je dan ook enigszins op glad ijs wanneer je het Logos vertaalt met “woord”. Want dan wordt het een abstract begrip (woord is in het Nederlands ook onzijdig). Terwijl Logos een naam is. De naam van een god. Laat ik dat hier ook eens neerleggen. Johannes noemt de Logos (Jezus dus) god. In Johannes 1 zegt hij namelijk dat de Logos god was. Daarin zit meteen een interpretatie probleem. Want hij zegt niet dat Jezus en God dezelfde eenheid zijn. Hij zegt dat God god is en Jezus is ook god.

Er was eens in een dorpje een bakker. Wanneer je hem tegenkwam zei je: mogge Bakker. Wanneer je hem sms-t dan tikje: “Goeiemoggel Bakker, 1 kiklo meelk”. Dat was de bakker. Maar hij had ook een zoon, en die ging na de kokschool te hebben doorlopen bij zijn vader in de zaak werken. Zijn vader was de bakker. En omdat hij een diploma van de bakkerschool had, was hij dus ook bakker. Maar als je het over de bakker hebt, dan heb je het nog steeds over zijn vader. Het is belangrijk die twee uit elkaar te houden. Al zal de zoon de boodschap ook wel aan de vader overbrengen. Want ze werken allebei aan dezelfde zaak.

Zo is Jezus niet dezelfde als God de Vader. Jezus was wel god. Maar Jezus heeft volgens Johannes, maar ook volgens Paulus in Filipenzen 2, zijn god-heid afgelegd. Hij is mens geworden. Volledig, 100% mens. Wel een mens zoals God Hem ooit bedoeld had. Een tweede Adam. Jezus was dan ook “hiou tou anthropou: zoon van de mens”. Een woordgrapje want Adam betekent immers ook “mens”.

Maar niet meer dan dat. Jezus heeft voor of bij zijn verwekking zijn godzijn achter zich gelaten.

Gelukkig is het daar niet bij gebleven. Want Jezus is na zijn dood opgestaan. Daar heeft Hij, nog steeds mens, een verheerlijkt lichaam gekregen. En zo is Hij heen gegaan. Zoals in Filipenzen 2 staat is Hij vervolgens door God boven alles gesteld. Maar we zullen Hem denk ik weer terug zien als Mens met de tekenen van zijn offer nog zichtbaar. Gaaf is dat, als je er over nadenkt. Want God zal voorkomen dat we dat offer vergeten. Het zal dan ook zichtbaar zijn voor die mensen die Hem nog niet hebben aangenomen. “Ze zullen zien die ze gekruizigd hebben”. Misschien mogen ze Hem wel aanraken. Als dat helpt om ze over de streep te krijgen. Ik denk tot dat de laatste over de streep is. Zodat uiteindelijk de laatste vijand volledig zijn “prikkel” kwijt is: de dood.

Zodat uiteindelijk de overwinning door het offer van de Zoon van de Mens groter blijkt dan de zonde van Adam 1. Geweldig toch?

Groet,
Martien

Ps. sorry voor de technische, irrelevante introductie. Vergeet die maar gauw.